Trauma, gehechtheid en het lichaam

Waarom ik echt contact eng vind en toch heel graag wil.

De deur gaat open. Een man kijkt me recht in mijn ogen aan, alsof hij dwars door me heen kijkt.

Het is een vriendelijke man, niet bepaald groot of imponerend. Toch krimp ik ineen. Ik verstijf als een konijn dat in de koplampen kijkt. Van het een op het andere moment word ik overvallen door paniek. Rationeel weet ik dat er niks aan de hand is en toch is mijn lichaam vol adrenaline en cortisol. Het liefst zou ik willen verdwijnen of wegduiken, weg uit het contact. Dit enge contact, van ECHT gezien worden.

Toen ik opgroeide waren ogen zo strak op me gericht als het betekende dat ik iets fout had gedaan of als er kritiek op mij geleverd werd of dat ik belachelijk werd gemaakt. Echt gezien worden en echt oogcontact zijn dus gevaarlijk, bedreigend. Mijn lichaam weet dat en zendt in een fractie van een milliseconde de zintuiglijke informatie over de buitenwereld naar de Thalamus, een gebied in het limbische systeem dat je als de ‘kok’ van de hersenen kan beschouwen.

‘Iemand kijkt echt naar me!’

Deze thalamus roert alle signalen van het hier-en-nu met de signalen uit het verleden en maakt er een verhaal van ‘dit er gebeurd er nu met mij..’. De thalamus, de ‘kok’ kan soms helemaal de kluts kwijt zijn. Beelden, geuren, geluiden, aanrakingen worden gecodeerd als geïsoleerde, gedissocieerde fragmenten en de normale geheugenverwerking stagneert. 

De tijd lijkt stil te staan. a.k.a. konijn-in-de-koplamp-ervaring.

Volgens neurowetenschapper Joseph LeDoux worden de gewaarwordingen in twee richtingen doorgegeven. De ene route is naar beneden, naar mijn amygdala, die diep verborgen ligt in mijn limbische onbewuste brein. De amygdala is een soort van rookmelder van de hersenen, zegt Bessel van der Kolk (blz 91, Traumasporen). De tweede route is naar boven naar mijn frontale hersenkwabben, waar de informatie wat er op dit moment gebeurd onderdeel wordt van mijn bewustzijn. Bijvoorbeeld ‘deze man is vriendelijk en doet de deur voor mij open’.

Het nadeel van deze tweede route is dat het langer duurt. De amygdala heeft allang een signaal afgegeven aan de hypocampus en de hersenstam om het stresshormonensysteem en het autonome zenuwstelsel op te roepen om een lichamelijke reactie op gang te zetten.

PANIEK!

Als je in mijn geval, vroeger als kind gericht was op het zoeken naar nabijheid, zoals het reiken naar een ander of het maken van oogcontact en dit werd voortdurend beantwoord een niet-afgestemde of negatieve manier, zul je uiteindelijk verwachten dat het zoeken naar nabijheid tot nare consequenties leidt. Dit kan als gevolg hebben dat je niet langer probeert om contact te maken met anderen en oogcontact gaat vermijden. Op hun beurt merken anderen dan wellicht niet dat je naar contact verlangt en reageren dus niet op afgestemde wijze, waardoor je verwachtingen opnieuw worden bevestigd.

Toch wil ik graag ECHT contact. Echt elkaar zien. En dan gebeurt het ineens, onverwacht en dan schrik ik me te pletter. Dit is mijn wond, waaruit mijn talent en kwaliteit is ontstaan. Het is mijn persoonlijke missie om elk mens te ontmoeten en het zich gezien laten voelen. Stapje voor stapje werk ik bij een therapeut aan het ontmantelen van mijn afweersysteem en leer ik hoe ik mezelf kan geruststellen. Dat mijn zenuwstelsel en mijn hersenverbindingen en mijn lichaam steeds minder heftig gaan reageren in dit soort situaties. Dat ik mijn ervaringen, beetje bij beetje kan overschrijven met nieuwe ervaringen.

En dat ik kan accepteren dat deze rafelrandjes mij juist mooier maken. Doordat ze me de gevoeligheid geven om mijn werk goed te kunnen doen: namelijk de ander ECHT ontmoeten. Want in de echte ontmoeting kan de heling van de wond plaatsvinden.  Of beter gezegd de verzachting van de wond, waardoor het afweermechanisme zachter kan worden afgesteld.

Foto van Marijne van den Kieboom

Marijne van den Kieboom

Executive Coach, Leiderschapstrainer en Psycholoog. Ik empower missie-gedreven organisaties en leiders, zoals jij.
nl_NLNederlands